Een open brief gesteund door:
en:
- Périne Brotcorne, socioloog en onderzoeker, UCLouvain, België.
- Élise Degrave, jurist en professor aan de Universiteit van Namen, België.
- Fabien Granjon, socioloog en professor, Université Paris 8 Vincennes-Saint-Denis, Frankrijk.
- Pierre Mazet, onafhankelijk onderzoeker in de sociale wetenschappen, Frankrijk.
- Carlos San Juan, gepensioneerd arts, Europese Burger 2022, Spanje.
- Jan A.G.M. van Dijk, hoogleraar communicatiewetenschappen, Universiteit Twente, Nederland.
Toon de rest van de open brief…
Digitalisering wordt onontkoombaar
De digitale transformatie van de samenleving versnelt. Het beïnvloedt op dit moment reeds de meeste aspecten van het dagelijks leven. Digitalisering wordt stilaan onontkoombaar: om te communiceren met overheidsinstanties, een bank, een energieleverancier, om werk of huisvesting te zoeken, om een treinkaartje te kopen… Deze overgang naar een meer digitale manier van werken gaat vaak gepaard met het verminderen of zelfs elimineren van traditionele communicatiekanalen, zoals loketten, telefoon of de post.
2 van de 5 Europeanen
bevinden zich in een digitaal kwetsbare positie
De digitale transformatie versnelt terwijl meer dan 40% van de Europese bevolking niet over basis digitale vaardigheden beschikt [1]. Ouderen, laagopgeleiden, werklozen, vrouwen [2], mensen met een handicap, maar ook migranten met een precaire omstandigheden zijn de bevolkingsgroepen die het meest moeite hebben met digitalisering. In veel gevallen worden hun digitale problemen gecombineerd met sociale problemen, wat een “dubbele klap” betekent voor personen die reeds kwetsbaar zijn. Soms leidt het onvermogen om toegang te krijgen tot bepaalde essentiële diensten [3] als gevolg van het verminderen van offline kanalen tot een spiraal van uitsluiting: niet-gebruik van sociale rechten, bankuitsluiting, verlies van zelfstandigheid, afsluiting van energievoorziening, enzovoort.
Een tegenstrijdig Europees beleid
Deze bevindingen tonen een paradoxale situatie aan tussen de ervaring van 40% van de Europese burgers die moeilijkheden ervaren met bepaalde digitale toepassingen en een Europees beleid dat bijna blindelings de ontwikkeling van digitalisering nastreeft.
Sinds 2011i [4] is de Europese Commissie nochtans verplicht om te waken over de naleving van gedeelde waarden zoals toegankelijkheid, gelijke behandeling of universele toegang met betrekking tot de uitvoering of verstrekking van algemene diensten. [5]
Verder bevestigde in 2017 het Europese pijler van sociale rechten [6] ook het recht op essentiële diensten als volgt: Iedereen heeft recht op toegang tot essentiële diensten van goede kwaliteit, waaronder water, sanitaire voorzieningen, energie, vervoer, financiële diensten en digitale communicatie. Hulp bij de toegang tot deze diensten is beschikbaar voor personen die daar behoefte aan hebben.
Dit basisprincipe, dat de gedeelde waarden van de verschillende lidstaten belichaamt, wordt vandaag opgeofferd op het altaar van de digitalisering. De EU-strategie “Digitaal Decennium” stelt als doel om tegen 2030 [7] 100% van de openbare diensten, inclusief gezondheidsdiensten, online beschikbaar te maken. Andere essentiële diensten (banken, energie, openbaar vervoer…) volgen ook de weg van digitalisering. Door deze koers te blijven volgen, loopt de EU het risico om 40% van haar burgers te beroven van fundamentele rechten en diensten [8].
Opleiding en automatisering van rechten: problematische oplossingen
De Europese Unie en haar lidstaten erkennen wel degelijk de urgentie van het opleiden van de bevolking in digitale vaardigheden en het opzetten van digitale hulpmechanismen om mensen met moeilijkheden te begeleiden. Dergelijke digitale inclusieprogramma’s zijn uiteraard nodig, maar ze blijven slechts een gedeeltelijke oplossing. Het aanleren van digitale vaardigheden, met name administratieve digitale vaardigheden, kost tijd. Voor de 20% van de Europeanen die lezen en schrijven niet goed beheersen [9], kan deze weg erg lang zijn. En voor sommige mensen met een handicap zijn bepaalde digitale toepassingen eenvoudigweg onbereikbaar.
Het automatiseren van rechten, mogelijk gemaakt door grootschalige gegevensverwerking en het gebruik van algoritmen, wordt voorgesteld als een oplossing voor complexiteit en administratieve problemen. Het zou burgers in staat moeten stellen om rechtstreeks toegang te krijgen tot rechten en diensten waar ze aanspraak op kunnen maken, zonder veel procedures. Hoewel dit aantrekkelijk lijkt, roept dit mechanisme van automatisering van rechten ook vragen op aangezien er tegelijk ook een risico ontstaat op versterking of zelfs automatisering van discriminatie onder het mom van “objectiviteit” [10]. Als recente voorbeelden halen we hier de casussen van Nederland [11] en Frankrijk [12] aan, waar duizenden gezinnen ten onrechte werden verdacht of beschuldigd van sociale fraude door algoritmen die reeds aanwezige racistische, classicistische of seksistische stereotypen versterkten. In sommige gevallen werden huishoudens hierdoor beroofd van essentiële inkomsten voor hun levensonderhoud.
Een moratorium: herstel de toegankelijkheid van essentiële diensten, ga in debat en zet de wetgeving op punt
We zijn ons ervan bewust dat we ingaan tegen een trend die vandaag als onvermijdelijk wordt beschouwd, maar het lijkt ons dringend nodig om actie te ondernemen. Daarom eisen we de invoering van een moratorium dat de verdere digitalisering van essentiële diensten op Europees niveau zou bevriezen. We eisen de invoering van dit moratorium om de toegankelijkheid van alle essentiële diensten te herstellen en te garanderen dat niet-digitale communicatiekanalen tussen burgers en deze diensten behouden blijven. Deze niet-digitale kanalen moeten van goede kwaliteit en voldoende beschikbaar zijn en mogen geen extra kosten met zich meebrengen voor gebruikers.
In 2023 heeft de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa, die de stem vertegenwoordigt van 700 miljoen Europeanen, een resolutie aangenomen over de digitale kloof. Hierin worden lidstaten aanbevolen om over te stappen van volledig papierloze of gedigitaliseerde overheidsdiensten naar volledig toegankelijke overheidsdiensten, inclusief het handhaven van niet-gedigitaliseerde toegang tot overheidsdiensten overal waar dit nodig is om gelijke toegang tot overheidsdiensten, hun continuïteit en hun aanpassing aan de behoeften van gebruikers te garanderen.
[13] Vandaag is een moratorium nodig zodat de lidstaten deze aanbeveling van de Raad van Europa kunnen uitvoeren.
Een moratorium is ook nodig om een democratisch debat te kunnen organiseren over de rol die we digitale technologie willen geven in ons leven en in onze samenleving. Op basis van de resultaten van dit debat zal het mogelijk zijn om collectief een duurzame digitale transformatie te plannen en vorm te geven die aansluit bij de echte wensen en behoeften van de bevolking. Ten slotte is een moratorium essentieel om wetten te ontwikkelen en af te kondigen die het algemeen belang beschermen en het politieke project dat we hebben gekozen te reguleren.